China (part 2) - 'Chinees' Tibet - Reisverslag uit Lanzhou, China van Frank & Kirsten - WaarBenJij.nu China (part 2) - 'Chinees' Tibet - Reisverslag uit Lanzhou, China van Frank & Kirsten - WaarBenJij.nu

China (part 2) - 'Chinees' Tibet

Door: Kirsten & Frank

Blijf op de hoogte en volg Frank & Kirsten

12 November 2007 | China, Lanzhou

'Chinees' Tibet

De eerste stop in Chinees-Tibetaans gebied is Danba, bekend om zijn wachttorens die er 1000 jaar geleden door de dorpelingen zijn neergezet als bescherming tegen plunderende bendes. Na al die jaren zijn er nog vele in verrassend goede staat en een aantal kun je zelfs nog beklimmen (not for the faint at heart!). In de bus er naartoe ontmoeten we een aantal Chinezen en een Amerikaans meisje dat in Beijing woont en uiteindelijk belanden we gezevenen in een simpel hotel in een klein dorp in de buurt. Een tikje koud (onze eerst nacht in China met kleren aan in bed, er zouden er nog vele volgen...), maar wel erg gezellig. En als er 's avonds een feestje gehouden wordt waar een groep inmiddels enigszins aangeschoten Chinese partij bobo's al voor het nodige vermaak heeft gezorgd zijn wij als enige buitenlanders al snel de sigaar. Diezelfde Chinezen hebben namelijk bedacht dat het toch wel heel leuk zou zijn als wij een liedje uit ons land konden zingen. Uhhm, nouja, vooruit dan maar.... (onderwijl onszelf vervloekend dat we na al die maanden nog niks beters weten te verzinnen dan het volkslied of een sinterklaas-/kinderliedje). De Chinezen maakt het echter duidelijk niet al te veel uit, want ze vinden het prachtig. De videocamera's draaien op volle toeren en uiteindelijk weten ze ons ook nog zover te krijgen om een traditionele dans naar voorbeeld van een local op te voeren. Hoe bedoel je we staan voor ..., maar uiteindelijk worden onze inspanningen beloond met een groot applaus en de nodige witte Tibetaanse sjaaltjes dus we kunnen er wel om lachen. Overdag besteden we onze tijd vooral met het maken van wandelingen in en rond de verschillende dorpen in de buurt. De traditionele leefwijze, kleding en huizen van de mensen zorgt voor vele foto-opportunities en interessante ontdekkingen. Onze drie dagen hier vliegen dan ook om.

Volgende halte is Tagong, een Tibetaanse prairie vol met yaks en cowboys. De mannen hebben lang zwart haar, indianenstijl, en rijden op stoere opgepimpte motoren. Erg handig als je huis c.q. 'ger' tent ergens midden op de graslanden staat (en dus zonder weg er naartoe). Ook de vrouwen gaan traditioneel gekleed, waarbij met name de haardracht af en toe erg mooi is. Het centrum van het dorp wordt gevuld met een groot klooster, waar de hele dag pelgrims de zgn. kora (= een religieuze rondwandeling, altijd met de klok mee) omheen lopen, al zwaaiend met hun gebedsmolen of gebedskoord de gebedsrollen ronddraaiend en onderwijl gebeden prevelend. Erg indrukwekkend om te zien een een groot contrast met het tempelleven op Emei Shan. De enige mindere ervaring hier was een paardrit, omdat men ons uit pure luiheid niet naar de afgesproken plek bracht. De rest was echter erg verrassend en een typisch geval van lekker gaan zitten en je ogen uitkijken!

Kan het nog beter worden, zou je denken? Jazeker kan dat, en wel in Ganzi. Dit Chinees-Tibetaanse dorp herbergt een groot klooster, waar we uiteindelijk een hele dag spenderen omdat er zoveel gebeurt. We nemen een kijkje in de monnikenschool, zien monniken dansen op het plein onder begeleiding van gigantische hoorns, worden uitgenodigd voor de gezamenlijke lunch, zien hoe de monniken debatteren om hun welbespraaktheid te oefenen en nog veel meer. Ontzettend leuke en gastvrije monniken en fotootjes van de Dalai Lama in overvloed (verboden door de Chinese overheid) die ze allemaal met hetzelfde enthousiasme aan ons laten zien. Over de Chinese overheid daarentegen geen goed woord... Dag twee in Ganzi bestaat uit willekeurig rondwandelen door de omgeving, waarbij we veel verassende dingen tegenkomen en de vriendelijkste mensen ontmoeten. De dag vliegt dan ook voorbij!

Dege, onze volgende stop, kan dan ook bijna niet anders dan tegenvallen en, inderdaad, tegenvallen doet het. Omdat deze plek historisch heel belangrijk is voor de Tibetanen en het vlakbij de provincie Tibet ligt, doet de Chinese overheid extra veel moeite om de boel hier onder controle te houden. Heel veel Han Chinezen in lelijke flats en veel politie op straat. En bovendien zijn de mensen een stuk minder open. Dege staat bekend om zijn klooster waarin Tibetaanse religieuze geschriften worden gedrukt en een aanzienlijk deel van de Tibetaanse geschriften wordt bewaard. Rekken met houten printblokken vullen dan ook de wanden. Deze worden in sneltreinvaart ingesmeerd met verf en vervolgens door een ander persoon afgedrukt op papier met een roller. Weer andere mensen zijn bezig met verf mengen, inbinden, papier ophangen om te drogen, printblokken versjouwen, en ga zo maar door. Interessant om te zien, maar echt levendig vinden we het klooster - afgezien van de ogenschijnlijk niet boeddhistische werkers - niet. Het aantal pelgrims dat de kora om het klooster heen loopt is echter wel indrukwekkend - zeker ook omdat behoorlijk wat mensen hun rondes prostrerend (= een continue opeenvolging van staan-liggen-staan-liggen) maakt. Wanneer we 's avonds rond middernacht bij ons hotel buiten onze tanden staan te poetsen komt er zelfs een aantal monniken prostrerend de straten van Dege binnen. Grote kans dat ze al menig uur zoniet menige dagen bezig zijn. Fascinerend om te zien, wat een overtuiging! Afgezien van een aantal van dit soort bijzondere momenten vinden we Dege als totaal uiteindelijk toch geen highlight.

Vervolgens rijden we weer terug over de indrukwekkende Tro La pas (ca. 5000m; veel sneeuw!) naar het gehucht Manigango, bewoond door nog meer 'cowboys' en heel veel honden. Het begint nu echt kouder te worden: de winter komt eraan of is eigenlijk al begonnen, de ramen van onze hotelkamer zijn 's ochtends namelijk goed bevroren. In de middag maken we een wandeling rond een prachtig meer (Yihun Lhatso). Via het Dzogchen klooster - dat prachtig ligt, omringd door gletsjers, maar een beetje doods aandoet wegens een gebrek aan monniken - reizen we door naar Sershu. Ook hier is een klooster, dit keer wel bewoond door monniken. We wandelen de kora met de pelgrims, bezoeken de universiteit, blijven nog weer even hangen bij de debatterende monikken en nestelen ons daarna weer snel onder de warme dekens (brrr, wat is het koud). Als we die avond een plekje bij een aantal monniken rond het haardvuur weten te bemachtigen blijkt ook dat ons hotel (dat eigenlijk geen douche heeft, net als alle hotels die we op deze route zijn tegengekomen) een soort van doucheservice heeft voor de monniken. Vandaar dus dat ze daar allemaal zitten. De eigenaar van het hotel vraagt of wij ook willen douchen. Hmmm, nou..., eigenlijk wel...., maar het vooruitzicht om ons warme plekje bij de haard op te moeten geven voor een douche ergens buiten waarvan we nog niet eens weten of 'ie wel warm is...., nou nee, toch maar niet. Eigenlijk snakken we al dagen naar een warme douche, of eigenlijk vooral een warme kamer (of eentje waarin het in ieder geval voelbaar warmer is dan buiten), stromend water (ook al steeds niet aanwezig) en warm stromend water, dat klinkt ons eigenlijk ook al als een soort van hemelse luxe in onze oren. Eergisteren waren we dichtbij ons doel, we kregen een paar teiltjes met lauw water om ons bij te wassen en we voelen ons dan ook weer enigszins schoon. De douche bewaren we maar voor de volgende stop - daar hebben ze namelijk weer middenklasse hotels en we hebben onszelf na 2 weken kou beloofd om daar even uit te pakken op hotelgebied.

Zo gezegd zo gedaan, en in Yushu betrekken we dan ook het enigszins decadente Yushu Hotel (4-sterren, maar dan voor 15 Euro), met verwarmde kamers en een warme douche. De rest van de dag genieten we van onze comfortabele kamer. Ooh, wat is die douche lekker warm zeg! Verder bezoeken we de prinses Wencheng tempel die tegen een rotswand is aangebouwd. Binnen zijn erg mooie afbeeldingen uitgehakt in de rotswand - erg bijzonder en weer heel anders dan de andere tempels die we tot nu toe hadden gezien. Prinses Wencheng, afkomstig uit Nepal en uitgehuwelijkt aan de toenmalige Tibetaanse koning, is een belangrijke historische figuur voor de Tibetanen omdat ze het Boeddhisme naar Tibet heeft gebracht. Op veel plaatsen waar ze geweest is op haar reis van Nepal naar Tibet staan nu belangrijke tempels. Ook het lopen van de kora is een bijzondere ervaring. Een aantal pelgrims toont ons onderweg namelijk enkele hand- en voetafdrukken van de boeddha - of in ieder geval zo het schijnt dan. Een sky-burial site (een plek waar de Tibetanen hun doden 'begraven', oftewel, aan de aasgieren offeren) even verderop is ook erg interessant om te zien, maar helaas is er op dat moment niets gaande. Het klooster in de stad zelf is ook erg groot en mooi gelegen, maar veel mooier vinden we de mani-wall net buiten de stad. E en plek waar Tibetaanse pelgrims omheen lopen en stenen met heilige spreuken achterlaten voor de goden. Het is een van de grootste mani-walls van Tibet en met recht, er schijnen namelijk maar liefst ca. 2 miljard (nee, we hebben ze niet geteld) in steen uitgehakte mantra's te liggen. En in het midden van de mani-wall wordt het geheel nagenoeg continu met traktors met aanhangers vol aangevuld. Oftewel, erg groot en ook nog eens erg druk met pelgrims. En met dit indrukwekkende bezoek beeindigen we onze reis door dit Chinees-Tibetaans gebied, en nemen we de nachtbus naar Xining, de hoofdstad van de provincie Qinghai.

Tijd om ons visum te verlengen. Een klusje wat afhankelijk van de plek tussen de 1 uur en 5 dagen kan kosten. In Xining zou het 3 dagen moeten duren, maar - surprise, surprise - ze kunnen het zowaar in een uurtje voor ons regelen. Alleen nog even terug naar ons hotel om wat formulieren te laten afstempelen (het nut? geen idee) en dan is het gepiept. Fijn! Bovendien kunnen we nu ook gewoon doorreizen naar onze laatste bestemming in Chinees-Tibetaans gebied (Xiahe) zonder dat we weer terug naar Xining moeten om onze visa op te halen. Eigenlijk alleen 'ingepland' omdat we dachten 3 dagen op ons visum te moeten wachten en we niet zo'n zin hadden in het niet zo bijster interessante Xining te blijven hangen, maar we besluiten er ondanks de versnelling in het visum toch nog maar wel het ommetje voor te maken. In Xiahe staat namelijk het belangrijkste klooster buiten Tibet en deze willen we nog even meepakken. Een keuze waar we achteraf bepaald geen spijt van hebben, want ondanks dat het toerisme hier duidelijk meer ontwikkeld is dan op de plekken die we hiervoor hebben aangedaan is het wel degelijk een erg mooi klooster met veel - erg vriendelijke - monniken en ook erg veel pelgrims. Helaas is de engelstalige gids (eindelijk een kans om eens wat vragen te stellen) ziek, maar zelf een beetje rondstruinen is eigenlijk ook wel gewoon heel lekker. En zo belanden we naast de gebruikelijke tempels en gebedsrondes o.a. op de universiteit waar we door de monniken uitgedaagd worden om een potje tafeltennis tegen ze te spelen. Lang geleden dat we dat gedaan hebben, maar uiteindelijk sneuvelt toch menig monnik onder het Hollandse service- en smash-geweld. Desalniettemin verdringen de monniken zich maar al te graag om allemaal een poging tegen ons te wagen en hebben we met z'n allen de grootste lol.

Al met al waren het echter 2 tot 3 heel bijzondere weken door een stukje heel bijzonder China. Alle pogingen van de Chinese overheid tot culturele 'inlijving' (inclusief volksverhuizing van de nodige Han Chinezen) ten spijt doet deze omgeving toch echt heel anders aan dan de andere delen van China die we tot nu toe hebben gezien. En alhoewel het Chinees (Mandarijn) ook hier de officiele taal is, kom je hier in de praktijk een stuk verder met Tibetaans. In veel gevallen kunnen de mensen het Chinees niet eens lezen - of willen ze het uit protest gewoon niet. Protest tegen de bemoeienissen vanuit Beijing is er namelijk zeker. Zelfs openlijk, bijvoorbeeld middels het bekogelen en daarmee vernielen van Chinese billboards in Dege, het uitbundig vieren van de onderscheiding van de Dalai Lama in de VS in Xiahe (welke vervolgens met brandspuiten neergeslagen is door de politie en sindsdien zijn de internetcafe's off limits voor buitenlanders; lekker nuttig 3 weken na dato...) en het verscheuren van propaganda posters over de economische en sociale vooruitgang die de Chinese overheid in het gebied heeft bewerkstelligd in Dzogchen.
De Chinese overheid is er echter duidelijk veel aan gelegen om hun missie te doen slagen, verharden de ene na de andere weg om het gebied te ontsluiten en pompen er ook middels andere investeringen nog steeds flink wat geld naartoe. Wij zijn echter blij dat hier nog geen trein naartoe rijdt (zoals naar Lhasa in Tibet). In de praktijk misschien wel veel makkelijker (het openbaar vervoer is hier namelijk niet overdadig), maar dat houdt het wel lekker rustig met toeristen en af en toe een keer liften heeft ook wel zo z'n charme.

Inmiddels heeft onze interesse voor boeddhistische kloosters en tempels echter ook wel een keer een verzadigingspunt bereikt. Tijd voor een kleine 'change of scenery', tijd voor de Zijderoute!

Groeten,
Frank & Kirsten

  • 09 December 2007 - 17:58

    J & M:

    Hallo Frank en Kirsten,
    Wat hebben jullie ons altijd goed op de hoogte gehouden van jullie belevenissen.
    We hebben door de verhalen en de foto's een mooi beeld gekregen van jullie reis.
    We kijken nu uit naar jullie thuiskomst.
    Heel veel groetjes van het thuisfront.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: China, Lanzhou

Mijn eerste reis

Recente Reisverslagen:

12 December 2007

Byebye Bishkek, Hello Holland!

02 December 2007

China (part 3) - de Zijderoute

12 November 2007

China (part 2) - 'Chinees' Tibet

20 Oktober 2007

China (part 1) - Chengdu & omgeving

09 Oktober 2007

Hong Kong
Frank & Kirsten

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 937
Totaal aantal bezoekers 31863

Voorgaande reizen:

06 Maart 2007 - 30 November -0001

Mijn eerste reis

Landen bezocht: